Vanavond in Amersfoort de recent uitgebrachte film Risen gezien. Ik had erover gelezen in het Nederlands Dagblad (de recensie kan alleen door abonnee’s worden gelezen) en in Christianity Today. Beiden schreven een zeer positieve recensie. Ik hecht daar waarde aan. Ik heb altijd wat aarzeling bij films over bijbelse thema’s. Sommige films zijn te zoetsappig en kunstmatig. Of ze zijn juist weer te ‘glamorous’; Jezus loopt dan als het ware met een ‘halo’ rond zijn hoofd op aarde. Ook kan ik er niet zo goed tegen wanneer de persoon van Jezus erg uitgewerkt in beeld wordt gebracht. Ik kijk te sympathetisch en neem zo’n beeld mee. Dan zit ik er bij mijn gebed nog aan vast.
Aan de andere kant vind ik films over de bijbel ook weer heel boeiend. Iedere keer als ik zo’n film zie confronteert het me met de gewoonheid van de dingen. Als je opgroeit met de bijbel vanaf je jeugd, ontstaat er onwillekeurig een gevoel van een aparte wereld waarin die bijbelverhalen plaatsvinden. Niet mijn wereld, maar de bijbelwereld. Films hebben mij geholpen om die twee werelden met elkaar te verbinden. Dat lijkt tegenstrijdig, omdat de films fantasie zijn en niet de realiteit. Maar in films identificeer ik me met de personen en hun realiteit. Zo komt ook de bijbelse wereld dichterbij.
De eerste ervaring van dat soort had ik tijdens de film Jesus Christ Superstar. Ik zag die op mijn 18e, denk ik. En opeens drong er iets door van het alledaagse, het door-en-door menselijke van de Mensenzoon Jezus. Ja, hij was God, maar dat was niet te zien. Wie niet beter wist zag een gewone man, met een Mediteraans uiterlijk. Hoe vreemd ook, die film heeft een rol gespeeld in de ontwikkeling van mijn geloof in de levende Jezus.
Nu dan Risen. Ik dwaal behoorlijk af…Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van een Romeinse officier, een harde, dorgewinterde krijger. Hij is aanwezig bij de kruisiging en dood van Jezus. Hij is erbij wanneer het graf verzegeld wordt, op verzoek van de Joden. Hij moet het onderzoek leiden naar de verdwijning van het lichaam van Jezus. Subliem gespeeld door Joseph Fiennes. Heel ingehouden, heel overtuigend. Door verschillende ontmoetingen gaat hij twijfelen aan het verhaal van de Joodse Raad en de soldaten die zeggen dat het lichaam gestolen is. Maar wat er dan is gebeurd?
Een ontmoeting met de opgestane Heer Jezus brengt een keerpunt in zijn leven. Ik beleefde persoonlijk de spanning, de schrik, de verbijstering en de ongekende blijdschap dat deze Romeinse officier alsnog Jezus ontmoet en de last die hij draagt bij Hem mag neerleggen. ‘Wat zoek je, Clavius?’, zegt Jezus tegen hem. Clavius zoekt rust en een dag zonder doden, zonder geweld. ‘Daar kwam ik voor’, is wat Jezus hem laat weten.
Het publiek mag zelf een antwoord geven op de vraag.
Minpunten? Uiteraard. Niet alles is rechtstreeks tot de bijbel terug te voeren. Maria Magdalena was geen vrouw van lichte zeden, zoals de film beweert. Jezus wordt in de film niet op Golgotha gekruisigd. De lijkwade van Veronica met het (vermeende) gezicht van Jezus wordt in het graf gevonden. Niemand heeft het over engelen, noch bij het graf, noch bij de hemelvaart. En we weten natuurlijk niet af van ene Clavius die zich bekeert. De apostelen zijn iets te blije types. En toch….
Zeker het kijken waard.