Als een veertje vlieg ik langs Meadow Lane. Op een dunne landtong ligt de schier eindeloze, net nieuw geasfalteerde weg in westelijke richting, aan de zuidkant van Long Island, NY. Ten zuiden van het dorp Southampton, waar ik logeer. Aan de linker kant de Atlantische oceaan, verborgen achter de landhuizen en hun enorme tuinen. Aan de andere kant, wist ik, moest Shinnacock Bay liggen. Aan die kant ook huizen, maar minder veel. Ik kreeg af en toe een glimps te zien van een glinstering van water.
Ik fiets als een speer op mijn hybride en kan niet te veel links of rechts kijken. Ook mijn zonneklep zit enigszins in de weg. Het nieuwe asfalt is als een ijsbaan zo glad en makkelijk begaanbaar. De snelheidsmeter langs de kant (uiteraard niet op fietsers berekent) geeft 20 mijl aan. Ik verklap onmiddellijk dat er windkracht 8 staat. En in mijn enthousiasme ben ik nog niet zo ver om aan de terugweg te denken
Opeens valt alle bebouwing weg en heb ik weids uitzicht op Shinnacock Bay, een uitgestrekt meer, waar langs de kust al vele eeuwen de oorspronkelijke bevolking leeft, de Shinnacock Indianen. Nu op een zeer gereduceerd stukje land, het reservaat.
Shinnacock betekent rotsachtige kust. Indianen zijn, zoals overal langs de oostkust van Amerika en verder, de oorspronkelijke bewoners en veel namen herinneren daar nog aan. Ik blijf het tragisch vinden dat zo’n eeuwenoud volk (ze spreken zelf over duizenden jaren) zo slecht is behandeld en terecht gekomen. Ook hier. Verarmd, verpauperd en vaak, door de casino’s die succesvol door hen gerund worden, ook nog eens gokverslaafd in veel gevallen. Maar dat is een ander verhaal. Vorig jaar heb ik geschreven over de Lakota Indianen in de staat Wyoming.
Het meer is indrukwekkend groot en de storm maakt dat de watermassa voortdurend in beweging is. Het felle zonlicht weerkaatst in het woelende water en maakt de begroeiing van grassen, riet en waterplanten een intens groen en goud. Foto’s geven een impressie maar de schoonheid is niet te vangen. Wat is Gods schepping fantastisch. Op een plankier kan ik ongeveer 500 meter over de begroeiing richting het water lopen. Ik word bijna weg geblazen en hou mijn cameraatje stevig vast.
Ik vervolg uitgelaten mijn weg, Water, het doet iets met me wat geen ander natuurfenomeen voor elkaar krijgt, De weidsheid, de ruimte, de geluiden doen me vrijheid ervaren. De storm nog steeds in de rug fiets ik verder, nu op zoek naar een doorgang naar het strand aan de andere kant. Dat duurt even, maar hé, ik geniet!
Aan het strand laat ik me zandstralen. Zoek nog wat drijfhout en schelpen, maar de oogst is mager. Inderdaad, rotsachtige kust. Er liggen voornamelijk steentjes en stenen hier. Van die prachtig rond geslepen, witte stenen. Ik stop er een paar in mijn rugzak en begin aan de terugweg. Mijn tempo ligt aanmerkelijk lager nu. Ik kijk maar niet meer naar de snelheidsmeter, maar ploeg en worstel verder. Heel in de verte voor me zie ik nog een paar fietsers. Ik leef op wanneer ik merk dat ik ze langzaam inhaal. Dichterbij zie ik dat het een jong stel is. Met grote moeite komen ze vooruit. Ben ik competetief? Welnee. Ik span gewoon de benen nog iets meer in en wiel voor wiel kom ik in de buurt.
Mijn suikerspiegel begint te dalen, ik voel het. De inspanning is aanzienlijk en mijn lichaam merkt het. Maar ik ben nu zo dicht bij mijn doel, verder! Ik haal eerst de vrouw in, tralala. Het lijkt alsof het me geen enkele moeite kost. Met mijn Nederlandse fietservaring heb ik wel geleerd dat het energieverlies is om hevig met je bovenlichaam heen en weer te bewegen. Het gaat om je benen. Als ik de man voorbij fiets begint het zweten. Niet van de inspanning, ja ook, maar meer van de suikerdip. Ik fiets door. Ik laat me nu niet kennen natuurlijk. Gelukkig voor mijn zelfrespect is er een strandopgang, eindelijk, waar ik met goed fatsoen kan afstappen. Het stelletje zwoegt me voorbij, terwijl ik snel drie dextro’s in mijn mond prop.
===============================================================HIFF
In The Hamptons is het jaarlijkse Hampton International Film Festival gaande. HIFF. Eén dag begeef ik me onder het filmpubliek dat me een beetje doet denken aan het publiek van het Oude Muziek Festival in Utrecht. Veel senioren, die naast mij onmiddellijk snurkend in slaap vallen wanneer de film wat langzaam voortkabbelt. Ik overdrijf, maar even om een indruk te geven.
Ik heb twee films gezien, een Franse met Juliette Binoche, sterk maar zeer verdrietig. Camille Claudel 1915. Ik schrijf er een aparte blog over. En een tweede, op goed geluk, die ontzettend leuk en onderhoudend was. Een muziek-documentaire over Marvin Hamlisch. Wonderkind en Juliard School of Music graduate wil geen concertpianist worden maar ontwikkelt zich tot componist van vele, vele musical songs. Ik had nog nooit van de goede man gehoord, maar de documentaire was fantastisch.
Met een lunch samen met iemand van Grace Church en dinner met dochter en haar collegaatje, had ik een ware Hamptons day…I was sooo busy!
Margreet, wat maak je veel mee en wat een geweldige blogs!
Het leven hier in Nederland lijkt wel erg saai. Have fun
LikeLike
Prachtig geschreven, je bent gewoon een begaafde schrijver! 🙂
LikeLike
Hope you enjoy many more glimpses of this great creation over there.
LikeLike