Bij het sterven van kleine Tristan een gedicht van de Afrikaanse dichter Totius die zelf twee kinderen jong moest afstaan aan de dood. Een zoontje van 1 jaar naast een slopende ziekte en een dochtertje, getroffen door de bliksem, in een ogenblik. (Hij schreef daarover ook het aangrijpende gedicht Ag, sy het nie gesterwe, maar sy was somaar dood). Het zachte Afrikaans maakt dat zijn gedichten nog meer binnenkomen.
Ek wou my ganse digkuns waag
Ek wou my ganse digkuns waag
om al my hartpyn uit te klaag;
om in my klanke uit te se,
om soos in marmer vas te le
die beelt’nis van my pyn.
Maar nerens vind ek daardie marmer
waar ek die beelt’nis uit kan slaan;
en al my klanke is eind’loos armer
as wat ek ondergaan.
Nee, ‘k sal nie waag om ’t uit te se.
Nee, ‘k gaan tot God wat weet,en le
vas op my hart my regterhand
en snik: “o God, dit b r a n d!”
Mooi Margreet, ik begrijp niet alles, maar genoeg om te voelen hoe diep dit gaat. Het is ook zo ongelooflijk triest….
LikeLike
Margreet, dit gedicht verwoord ongelofelijk sterk onze pijn.
Het brand diep. Te diep!
Erg fijn om herkenning te vinden in de tekst.
Dank voor het plaatsen je bericht.
LikeLike
Dankie vir die deel hiervan
LikeGeliked door 1 persoon
Dank je! Heb even op je site gekeken…heel mooi en gevoelig! De gedichten van Totius zijn aangrijpend vind ik.
LikeLike